Of u er volgens de wethouder nou aan toe bent of niet, wen er maar aan: u, inwoner van Schijndel, krijgt steeds meer macht. En wordt zo ongeveer verplicht die macht te gebruiken. ‘Hart voor Schijndel’ ziet wat hier in Schijndel andere partijen en zelfs bestuurders nog niet zien: nieuwe wetten maken dat dorpen en wijken het voor het zeggen krijgen. Neem nou de Omgevingswet.
De wat? De Omgevingswet. Die wet gaat er voor zorgen dat u sneller van uw schuur een bedrijfsruimte kunt maken. Dat het braakliggend terrein tegenover uw huis rap een mooie speeltuin kan worden. En dat u samen met andere mensen in uw wijk een windmolen kunt plaatsen. Knappe wethouder die u daarbij tegenhoudt.
Vertrouwen
De Omgevingswet gaat over de inrichting van de ruimte in uw dorp en wijk. Allerlei ingewikkelde regels die daar betrekking op hebben worden met die nieuwe wet op één hoop gegooid en eenvoudiger gemaakt. Wat voor u fijn is: u kunt straks heel eenvoudig zien wat voor regels er voor een bepaald terrein gelden. Nog fijner: een vergunning heeft u binnen acht weken geregeld. Nu duurt dat vaak nog een half jaar.
En dan nu de meest belangrijke verandering: het initiatief om gebieden te bestemmen voor het een en ander komt minder bij de overheid te liggen en meer bij u. Het past in de ontwikkeling om mensen meer vertrouwen en bevoegdheden te geven. Waarbij u niet hoeft te vrezen dat het een zootje gaat worden. Want alles wat u bedenkt, wordt getoetst aan bepaalde fundamentele regels. Die gaan vooral over duurzaamheid. Alles wat u bedenkt, moet duurzaam zijn of duurzaamheid in ieder geval niet aantasten.
Eigen boontjes
Het is een prachtige wet, vinden wij van ‘Hart voor Schijndel’. Want ‘Hart’ gelooft in burgers die de eigen boontjes doppen waar ze dat kunnen. Daarom willen we bepaalde budgetten en verantwoordelijkheden overdragen aan wijken. ‘Ze zijn er nog niet aan toe,’ horen we nogal eens. Niet alleen van ‘wethouder meedoen’ Witlox, maar ook van raadsleden. Wij weten wel beter. U bent er best aan toe. Maar al was u dat niet: u krijgt al die nieuwe vrijheden en verantwoordelijkheden in de schoot geworpen. De keuze ‘Laat de gemeente het maar regelen’ bestaat straks nog maar amper.
Dat brengt ons op het andere stokpaardje van ‘Hart’. Juist omdat het belang van wijken en dorpen de komende jaren groeit, moet de overheid letterlijk dichtbij u, de burgers, aanwezig zijn. Niet in een kantoorkolos in Veghel, maar in de dorps- en wijkcentra moeten die ambtenaren hun werk doen. Zo kunnen ze burgers stimuleren, faciliteren en ondersteunen bij het inrichten van hun straat, wijk, dorp en leven. Ze helpen dan burgers om de huishoudelijke hulp beter te regelen dan nu vaak gebeurt. Bij het opzetten van burenhulpclubs. Bij het bedenken en bouwen van een speeltuin. Bij het openhouden van een buurtwinkel. Bij het plaatsen van zonnepanelen. Bij het organiseren van het welzijnswerk. En zo verder. Ambtenaren worden zo nog meer wat ze formeel al zijn: publieke dienstverleners. Een belangrijke taak ligt hier voor de welzijnswerkers. Mevrouw Cloosterman van Welzijn De Meierij, aan de slag!
Baas
Met de start van ‘Meierijstad’ hebben we de kans het meteen goed aan te pakken. Het is spijtig dat de mogelijkheden en de noodzaak van veranderingen maar niet doordringen bij bestuurders en volksvertegenwoordigers. En dus blijven wij van ‘Hart’ zeuren. Want wen er maar aan, u wordt steeds meer de baas over uw eigen leven.