Eigen bewoners eerst en geen sociale woningbouw. Dat is de kern van twee pleidooien die afgelopen week klonken over de kleine kernen in Meierijstad.
Dorpsraad Keldonk stuurde afgelopen week de gemeenteraad een brief over woningbouw in dat dorp. Bijna tegelijkertijd was er donderdag in een vergadering van een raadscommissie een discussie om te bouwen huizen in kleine dorpen deels reserveren voor eigen inwoners.
Op de vlakte
Om met het laatste te beginnen: het ooit door fractie Lokaal geopperde idee van ‘bouwen voor eigen bewoners’ popte op tijdens de bespreking van het beeldkwaliteitsplan van een nieuw te bouwen buurt in Zijtaart.
Of die zestig tot zeventig huizen niet geheel of gedeeltelijk gereserveerd kunnen worden voor eigen inwoners, bedacht gemeenteraadslid Bertus van Berkel van het CDA. Een opmerkelijk verzoek, hij en de rest van zijn partij waren tegen dat idee toen Lokaal het in 2021 voorstelde.
Wethouder Jan van Burgsteden (Ruimtelijke Ordening, VVD) hield zich afgelopen donderdag op de vlakte. Terecht, want dit is het terrein van wethouder Rik Compagne (Wonen, Hier). Mogelijk dat hij hierover een voorstel doet in de woonzorgvisie waaraan momenteel wordt gewerkt.
Voorkeursbehandeling
Hart is niet voor zo’n voorkeursbehandeling, liet de fractie al weten toen Wern van Asseldonk, raadslid van Lokaal, er drie jaar geleden mee kwam. Er zijn praktische en morele bezwaren. Een praktische: hoe bepaal je of iemand ‘eigen volk’ is? Als een in Erp geboren dame gaat samenwonen met een jongeman uit, pak hem beet, Utrecht – is dat dan voldoende ‘zuiver Erps’? En waar houdt Erp op? Bij de grens van de bebouwde kom of doet een deel van het buitengebied ook mee? Welk deel dan?
En dan de morele: als in de hele EU sprake is van vrij verkeer van personen en Roemenen hun intrek mogen nemen in een appartement in Veghel, kunnen we dan van Mariaheide of een andere kleine kern een enclave maken?
‘Dat zit in de genen’
Daarmee komen we op een brief van de voorzitter van Dorpsraad Keldonk, afgelopen vrijdag digitaal bezorgd bij de raad. Hij pleit voor terughoudendheid bij het bouwen van sociale huur. Want de jongvolwassenen daar willen kopen, ‘dat zit in de genen van de Keldonkenaren’. En verder wil hij vooral jonge gezinnen, want zo houdt de basisschool bestaansrecht.
Hart pleit er met klem voor de woningverordening, met een billijke verdeling tussen typen nieuwbouw (sociale huur, middeldure huur, goedkope koop en dure koop), voor alle dertien gelijk te houden. De fractie erkent dat in veel kleine kernen (niet alle!) de behoefte aan sociale huur klein is, maar waarom mag iemand uit Schijndel of Sint-Oedenrode niet in Keldonk gaan huren?
Hart begrijpt dat inwoners en dorpsraden van kleine kernen de historie, identiteit en cohesie van hun dorp koesteren. Echt. Maar dat mag er niet toe leiden dat die dorpelingen een soort van ijzeren gordijn rond hun dorp leggen.
Hart herinnert de dorpsraad van Keldonk er graag aan dat nota bene dát dorp is gebouwd op import. De kanaalgravers die zich er vestigden en waarvan de nazaten nog altijd in dat dorp wonen, kwamen voornamelijk uit Luik en Drenthe.