Meierijstad maakt zich zoetjesaan op voor het tweehonderdjarig bestaan van de Zuid-Willemsvaart in 2022. Hart heeft er wel wat ideeën over.
Elk jaar publiceert Hart een paar dagen voor Kerst een kerstverhaal. In de aflevering van 2020 ging het over de Zuid-Willemsvaart. Hart nam daarmee een voorschot op het tweede eeuwfeest van dat kanaal – de Zuid-Willemsvaart werd van 1822 tot 1826 gegraven en in dat laatste jaar kreeg Veghel een haven.
Met handkracht
Dat moet gevierd, vindt Hart. Of misschien wel herdacht – want potjandorie, wat is er destijds door heel veel mensen gezwoegd. In Keldonk weten ze dat, want daar in het dorp herinnert een standbeeld aan het graafwerk van destijds.
[Tekst gaat verder onder de foto]
Op de plaquette van het beeld is te lezen dat tussen 1822 en 1826 ‘met handkracht gegraven’ is en dat het beeld de verbondenheid weergeeft tussen Keldonk en het kanaal. Of, zoals velen in deze streek zeggen: de kanaal.
Rauw volk
Wat betreft de relatie van Keldonk met de Zuid-Willemsvaart: dankzij deze waterverbinding groeide de handel met het dorp en dat leidde weer tot groei van Keldonk zelf. Telde het dorp in 1848 volgens Wikipedia nog maar 230 inwoners, in 1890 waren het er meer dan twee keer zoveel.
De Keldonkers zelf zullen niet enorm moe zijn geworden van het graafwerk, want daarvoor werden honderden arbeiders uit Drenthe en Luik gehaald. In de canon van Meierijstad is te lezen dat het nogal rauw volk was. ‘Je kon maar beter uit hun buurt blijven. Ze leefden onder slechte omstandigheden in keten, tenten en woonwagens. Ze dronken te veel sterkedrank.’
Stadhuisplein
Nogal wat van die kanaalgravers bleven hangen in het dorp. ‘Een deel van de inwoners van Keldonk zou afstammen van de kanaalgravers’, aldus de canon.
Hart had weinig met de gemeentelijke festiviteiten rond het foodjaar 2018. Dat u, lezer, waarschijnlijk geen idee heeft waar we het over hebben, dat zegt genoeg. Maar dat kanaaljubileum mag wat ons betreft wel groots en lokaal gevierd.
Twee concrete ideeën heeft Hart. Het eerste idee presenteerden we in ons kerstverhaal al: we gaan het Stadhuisplein in Veghel een nieuwe naam geven. Dat moet bij gebrek aan stadhuis sowieso – Meierijstad heeft een gemeentehuis, geen stadhuis.
Nazaten
We vernoemen het plein naar de hoofdingenieur van Rijkswaterstaat die in de eerste helft van de negentiende eeuw de basis legde voor het kanaal en de haven. Het Stadhuisplein heet vanaf het jubileumjaar 2022 Goudriaanplein.
Idee twee. We vragen vrijwillige stamboomonderzoekers om op onderzoek te gaan. Of ze willen uitzoeken welke hedendaagse Keldonkers afstammen van de kanaalgravers uit de negentiende eeuw.
Die nazaten zijn de eregasten van de feestelijkheden. Aan het programma wordt door de gemeente met onder meer heemkundekring Vehchele al gewerkt. Er zijn al plannen voor lezingen, exposities en boottochten. Onze ideetjes kunnen er vast nog wel bij.