Het bestuur van cultureel centrum ’t Spectrum moet zich gaan bezinnen. Dat is de conclusie die getrokken mag worden uit het gedoe rond de lunches die daar werden aangeboden.
‘Hart voor Schijndel’ is een warm pleitbezorger van de maatschappelijke functie van ’t Spectrum en wil juist daarom dat de organisatie trouw blijft aan haar oorsprong: een door de lokale gemeenschap betaalde organisatie van en voor het dorp. Daarbij horen geen commerciële uitstapjes.
Lunches
Om die reden verzette Hart zich tegen het aanbieden van lunches, waarmee ’t Spectrum met overheidssteun de concurrentie aanging met het lokale bedrijfsleven. Hart stelde er vragen over aan het College van Burgemeester en Wethouders en ving in eerste instantie bot. Inmiddels heeft het College erkend dat ’t Spectrum fout zat met de reclame die gemaakt werd voor de lunchplankjes. De advertenties in lokale bladen en op de eigen website zijn taboe verklaard. Dat niet alleen: de lunches zijn inmiddels van de kaart gehaald.
Hart vindt het spijtig dat uiteindelijk een protest van Koninklijke Horeca Nederland nodig was om het College tot het gewenste inzicht te brengen, maar is tegelijkertijd blij – beter ten halve gekeerd, dan ten hele gedwaald. En verder gunnen we ’t Spectrum alle succes van de wereld. Niet als bedrijf, maar als maatschappelijke organisatie. De door het bestuur bedachte commercialisering moet maar snel als een ietwat onbezonnen idee worden vergeten. In plaats daarvan moet het bestuur bezien hoe ze de lokale gemeenschap het beste van dienst kan zijn zonder bedrijfje te spelen.
Hieronder de brief van het College aan de horecabond.