Het gemeentehuis wordt een huis voor de gemeente. Dat staat in de uitnodiging voor de bijeenkomst van 29 februari. Die dag mag iedereen meepraten over een nieuwe functie voor het huidige gemeentehuis. Maar wat die nieuwe functie ook wordt: het wordt géén huis voor de nieuwe gemeente. Lees verder en ontdek waarom het toch steeds misgaat tussen ‘de mensen’ en de politiek.
Stel dat u op 29 februari een functie bedenkt voor de samenleving. Een museum, buurthuis, vestiging van de sociale dienst – van die dingen. Functies dus, waarvan de kosten voor rekening zijn van de gemeente.
‘Huis voor gemeente’ is duur
Dan heeft dat twee onaangename gevolgen. Eén: de kosten van gemeentelijke gebouwen stijgen zodanig dat u zich hardop gaat afvragen waarom we er niet gewoon ambtenaren hun werk laten doen. Kost ongeveer hetzelfde en zorgt voor bijkomende voordelen: 150 dames en heren die omzet genereren bij de winkeliers bijvoorbeeld. Twee: de gemeente Schijndel mag geen ingrijpende en vooral dure besluiten nemen, zo vlak voor de fusie. Zo’n nieuwe bestemming moeten we voorleggen aan de provincie en aan Sint-Oedenrode en Veghel. Wat trouwens weer in strijd is met de afspraak dat Schijndel zelf mag beslissen over de toekomst van het gemeentehuis.
Er zit niets anders op dan dat u een bestemming bedenkt, waarbij het gemeentehuis verhuurd of verkocht wordt. Bij verkoop moet het pakweg drie miljoen opleveren, ontdekten we bladerend in de begroting. Da’s namelijk de boekwaarde. Minder mag ook, het verschil legt het Rijk bij. Dat heeft van doen met zogenoemde ‘frictiekosten’, kosten die gepaard gaan met de fusie. Dat geld hoeft Schijndel niet betalen, dat betalen alle belastingbetalers van Nederland samen.
Commerciële bestemming
Hoe dan ook, een commerciële bestemming moet er dus komen. Dat gaat vandaag de dag niet meevallen. V&D, Perry Sport, Bijenkorf – u mag ze allemaal schrappen van het lijstje mogelijke kandidaten.
Maar u wilde ook helemaal geen commerciële bestemming. U wilde, daartoe aangespoord door de gemeente zelf, ‘een huis voor de gemeente’. Dat staat immers in die uitnodiging. En dus gaat u op 29 februari zoiets bedenken.
In de nesten
De gemeenteraad kennende, gaat ze zich vervolgens achter u scharen. Want de burger tegenspreken, daar word je als volksvertegenwoordiger niet heel erg populair van. En al helemaal niet in een verkiezingsjaar. Wat er daarna gebeurt, laat zich raden: gedoe met de fusiepartners en de provincie. Maar wie weet houdt de raad haar poot stijf en durft ze ruzie met u te gaan maken.
Hoe dan ook: we hebben ons met zijn allen aardig in de nesten gewerkt.