Meierijstad moet hard werken aan het bekendmaken van de hulp die er voor kinderen in armoede is. Met name in Veghel is er op dat gebied nog een wereld te winnen. Dat is de conclusie die ‘Hart voor Schijndel’ trekt na een zeer gedetailleerde analyse van cijfers van sociale dienst Optimisd en het CBS.
Mirjam van Esch, zo ongeveer het wetenschappelijk bureau van onze partij, ploos jaarrekeningen uit en kwam tot een opmerkelijke conclusie. Het leidt tot een advies van ‘Hart voor Schijndel’ aan het nog te vormen gemeentebestuur van Meierijstad.
Crisis
De economische crisis is voorbij, maar de armoede onder kinderen groeit nog steeds. Dat geldt voor alle drie de gemeenten die straks Meierijstad vormen. Opmerkelijk is dat in Sint-Oedenrode die groei het kleinst is. Tussen 2011 en 2015 nam daar de armoede onder kinderen met 5 % toe. In Schijndel was dat in die periode 30 % en in Veghel zelfs 48 %. Overigens gaat het hier alleen om kinderen in gezinnen met een bijstandsuitkering. De armoede onder mensen die niet zo’n uitkering hebben, is in dit overzicht niet opgenomen. De winkelier of klusjesman die zijn gezin van twee volwassenen en twee kinderen moet voeden met een inkomen van € 1920 heet formeel arm, maar telt in dit stukje niet mee. Simpelweg omdat we er geen gegevens over hebben.
Om het beeld compleet te maken: in Veghel is 2,7 % van de kinderen tot 18 jaar onderdeel van een bijstandsgezin, in Schijndel 2,3 % en in Sint-Oedenrode 2,1 %. Landelijk vonden we een veel hoger percentage, maar dat komt omdat de cijferaars van het CBS ook de armoede buiten een bijstandsuitkering meetellen. Dan is het percentage 12 %. Overigens blijkt uit alle onderzoeken dat armoede écht problematisch wordt als het meerdere jaren duurt. Daar is momenteel sprake van. In Meierijstad en in de rest van het land.
Extraatjes
De invloed van gemeenten om iets aan armoede te doen is enigszins beperkt, maar tegelijkertijd wel belangrijk. Gemeenten gaan niet over de hoogte van bijstandsuitkeringen, hoewel ze die wel betalen. Wel heeft de gemeente enige invloed op de werkgelegenheid en werk is nog altijd de beste remedie tegen armoede. Daarnaast is er het minimabeleid: een pakket extraatjes die aan mensen kan worden aangeboden. Een onderdeel daarvan is het budget voor, wat genoemd wordt, maatschappelijke participatie. Dat bestaat uit voorzieningen die bijna helemaal voor kinderen zijn bedoeld: laptops voor wie naar de middelbare school gaat en bijdragen voor de contributie van sportverenigingen zitten daar bijvoorbeeld in. Mirjam deed vooral daar onderzoek naar.
Veghel en Schijndel zijn aangesloten bij dezelfde sociale dienst en het minimabeleid is in die gemeenten dan ook hetzelfde. Als er verschillen zijn op het gebied van extra uitkeringen voor kinderen, dan ligt dat dus niet aan het beleid van de gemeente. Waar het wel aan ligt: aan de mate waarin de gemeenten in staat zijn gezinnen in armoede te bereiken. Om ze te wijzen op de hulp die er voor hen is.
€ 19 minder
Juist hier zit een verschil tussen de twee gemeenten. In Schijndel nam het aantal kinderen in armoede tussen 2014 en 2015 toe met 5,6 % (van 180 naar 190), in Veghel met 7,7 % (van 260 naar 280). Opmerkelijk: de uitkeringen uit het fonds voor maatschappelijke participatie steeg in diezelfde periode in Schijndel met 14,9 % en in Veghel met 4,6 %. Gemiddeld per kind kwam er in Schijndel € 53 bij en ging er in Veghel € 19 af. Ten overvloede: dat gebeurt dus niet omdat de sociale dienst strenger is voor Veghelse kinderen, maar omdat er minder aanspraak wordt gemaakt vanuit Veghel.
Resteert de vraag wat we aan deze kennis hebben. Het antwoord: om kinderen in armoede bij te staan is een pakket van maatregelen niet voldoende. Ook bekendheid van de aanwezige hulp is van belang. Schijndel heeft sinds jaar en dag ingezet op die bekendheid en dat is trouwens niet de verdienste van ‘Hart voor Schijndel’. De lof komt vooral de lokale samenleving toe. Al eerder haalden we op deze website een rapport aan van onderzoeksinstituut Het Pon. Daaruit blijkt dat de banden tussen Schijndelaren onderling relatief sterk zijn en dat dit leidt tot veel onderlinge steun, hulp en advies.
Bekendheid
‘Hart voor Schijndel’ zal zich in de nieuwe gemeenteraad krachtig inzetten om ook in de huidige gemeente de bekendheid van speciale regelingen te vergroten. Armoedebeleid moet in Veghel meer aandacht krijgen. Want het moet voor een kind in armoede natuurlijk niet uitmaken of de woonplaats Veghel is of Schijndel.
En dat brengt ons bij het verkiezingsprogramma van ‘Hart voor Schijndel’. De titel daarvan, ‘Gelukkig in Schijndel, gelukkig in Meierijstad’ is zeer bewust gekozen. Zoals het ook niet toevallig is dat we in dat programma zwaar inzetten op het versterken van buurten, wijken en dorpen en dat we ‘Iedereen doet mee’ tot één van onze kernwaarden hebben benoemd.