Nogal wat inwoners van kleine kernen en het buitengebied van toekomstig Meierijstad gaan niet profiteren van het beloofde snelle internet. CDA Meierijstad, provincie en Brabantse Ontwikkelmaatschappij (BOM) buitelen over elkaar heen om trots te melden wat ze hebben bereikt. ‘Hart voor Schijndel’ ontdekte dat nogal wat ‘boeren, burgers en buitenlui’ op het platteland en in kleine dorpen er niks aan hebben. Daarom bedachten we zelf een oplossing.
Lees vooral de kleine lettertjes. Dat advies geeft ‘Hart’ aan bewoners van het buitengebied in toekomstig Meierijstad. Agrifood Capital verzamelde verzoeken van gemeenten en coördineert het gedoe rond vergunningen. Provincie en BOM schieten 35 miljoen voor en het CDA verstuurde persberichten waardoor u denkt dat die partij er ook wat mee van doen heeft. En dan is er nog het bedrijf dat kabels gaat trekken. Met zo veel betrokkenen móet het internet in het buitengebied wel snel worden.
Ouderwets coax
Lees dus vooral de kleine lettertjes. Want het valt allemaal een beetje tegen. Dat glasvezel komt namelijk alleen in gebieden waar nog geen ouderwets coax ligt. Heeft u coax, dan krijgt u last van ‘de wet van de remmende voorsprong’: ooit was het internet via die stevige kabels snel, maar inmiddels heeft het nieuwerwetse glasvezel dat coax tot een ietwat stoffige oplossing gemaakt. In sommige delen van het Schijndels buitengebied ligt coax. En dat geldt ook voor diverse kernen, zoals Boskant en Erp. ‘Hart voor Schijndel’ deed op de website van de leverancier van de glasvezelkabels een postcodecheck. We tikten willekeurig wat straatnamen in uit toekomstig Meierijstad en dan vooral die in het buitengebied en kleine kernen. ‘Uw woning/bedrijf valt niet binnen het aansluitgebied,’ lazen we vervolgens nogal eens.
Vette pech.
Vooropgesteld: wie ervoor kiest in het buitengebied te wonen, heeft nu eenmaal de specifieke voor- en nadelen die daarbij horen. Een rioolaansluiting is er bijvoorbeeld fors duurder dan in de kom van Schijndel en het uitzicht is er doorgaans weer een stuk mooier. Daar komt bij dat internetaansluitingen (nog) geen overheidstaak zijn. ‘U zoekt het maar uit,’ zouden we dus kunnen stellen.
Maar die vlieger gaat wat ‘Hart voor Schijndel’ betreft niet op. Internet is inmiddels geen luxe meer, maar bijna net zo vanzelfsprekend als een kraan waar schoon water uitkomt. Of de overheid dus maar een beetje meer haar best wil doen. Die 35 miljoen lijkt mooi, maar je zou als dorpsbewoner bijna geneigd zijn de coaxaansluiting stiekem kapot te maken.
Technische oplossing
Er is een betaalbare technische oplossing voor buitengebieden waar de glasvezelkabels niet worden aangeboden: een combinatie van glasvezel en mobiel. Dat werkt zo: een glasvezelkabel wordt naar een mast getrokken. Vanuit die mast wordt het signaal draadloos naar woningen en bedrijven rond die mast gezonden. Dat kan met 4G, WiFi of een straalverbinding. Het lijkt op dit moment de meest handige combinatie van lage kosten en snelheid.
En o ja: uiteindelijk moeten de huishoudens die van dat snelle internet gaan genieten, altijd zelf meebetalen. Dat moeten de mensen die in het hart van een dorp of stad wonen ook. En nog een o ja: het zou zomaar kunnen dat mensen in het buitengebied straks meer aan aansluitkosten betalen dan wie in de bebouwde kom woont. Want die aanleg is nu eenmaal duurder.