Hij is waarschijnlijk de oudste ambtenaar in dienst van de gemeente Meierijstad: ‘kermismeester Schijndel’ Harrie Vossen. Nieuw kermisbeleid maakt misschien een einde aan zijn baan. De financiële besparing van zijn vertrek zal fors zijn.
Vossen moet mogelijk weg vanwege het nieuwe kermisbeleid, dat het College heeft bedacht. Dat beleid komt erop neer dat het organiseren van kermissen niet meer als een gemeentelijke taak wordt beschouwd.
In de voormalige gemeente Veghel was die taak al in handen gelegd van een stichting. Voor de rest van Meierijstad kan die stichting actief worden, maar er kunnen ook nieuwe stichtingen voor Schijndel en Sint-Oedenrode worden opgericht.
Een overkoepelende stichting is volgens het College handig, omdat de contacten met de kermiswereld dan centraal worden geregeld. De druk bij dorpsraden en verenigingen, nu nog vaak organisator van de kermissen in kleine kernen, wordt erdoor verminderd en de opbrengst van grote kermissen kan worden gebruikt om de kleintjes te laten voortbestaan.
Principieel
Wat Hart betreft gelden die voordelen stuk voor stuk ook als de gemeente organisator is. Toch zien we er wel wat in. Hart vindt het principieel goed dat de gemeente zich beperkt tot zaken die anderen niet kunnen of mogen doen. Alles wat particulieren op vrijwillige of betaalde basis ondernemen is waardevoller dan wat door de overheid in de schoot wordt geworpen.
Niet iedereen staat te springen om deze nieuwe werkwijze in te voeren. Zo mokte een van de voormannen van de kermisbonden nog niet zo lang geleden tijdens een vergadering van een raadscommissie dat het in Schijndel vooral moest blijven zoals het nu is.
Hart kan zich dat goed voorstellen, want de kermisbonden hechten aan het behoud van de relaties met de Schijndelse kermismeester. Die zijn namelijk goed.
Goede relaties
Misschien wel te goed, voegen we er voorzichtig aan toe. Zoals bekend is de Schijndelse kermis al ruim 25 jaar vrijwel onveranderd en hebben de kermisexploitanten er belang bij dat zo te houden. Wat dat betreft zou het goed zijn als een frisse kermismeester, niet belast met wat voor ongeschreven afspraken en gewoonten dan ook, zich op de kermis stort.
Het College gooit de organisatie van de kermissen niet gemakzuchtig over de schutting, want wil de stichting(en) en hun kermismeester(s) drie jaar lang begeleiden. Dat is mooi.
Personele kosten
Overigens zou de aanstelling van een nieuwe kermismeester zomaar tot een flinke financiële besparing kunnen leiden, weten we dankzij Schijndelaar Roy van der Steen.
Hij schreef enkele jaren geleden over de mogelijkheden van een verplaatsing van de kermis naar het centrum. Hart schreef hierover in november 2018: ‘Een belangrijk onderdeel van het voorstel van Roy betrof de financiën.
Roy houdt niet van half werk en zocht nauwkeurig uit wat de kermis nu kost. Daarbij stuitte hij op een onwaarschijnlijk hoge post met betrekking tot personele ondersteuning vanuit de gemeente. De eerste besparing was dan ook snel gevonden. Het mocht echter niet in het stuk. Vanuit het toenmalig College kwam de mededeling ‘dat dit te gevoelig zou liggen’.
De gemeenteraad heeft uiteindelijk het laatste woord over het kermisbeleid. Naar verwachting staat het op de agenda van de raadsvergadering van 19 september a.s.