Toen er hele dure medewerkers werden aangetrokken bij onze omgevingsdienst, moesten gemeenten in de buidel tasten. Nu is personeel ineens goedkoper dan gedacht. Krijgt Meierijstad nu geld terug?
Dit artikel gaat over de Omgevingsdienst Brabant Noordoost, kortweg ODBN. Die club hengelde enkele jaren geleden met succes naar meer geld bij gemeenten en die argumenten van toen zijn inmiddels achterhaald. Maar geld teruggeven, ho maar.
Over de ODBN
Voor we het daarover hebben, eerst iets over de ODBN zelf. Hart gokt namelijk dat er dagen voorbijgaan dat u niet in gedachten met die dienst bezig bent. Wij van Hart trouwens ook niet. Maar de club doet er niettemin behoorlijk toe.
Zo verstrekt de dienst namens de Provincie en de elf gemeenten in onze regio vergunningen voor activiteiten die het milieu kunnen beïnvloeden, zoals het lozen van afval op het water of het gebruik van gevaarlijke stoffen.
En dan is er nog het toezicht en handhaving op die vergunningen. Hart weet inmiddels dat het zelfs bij de ODBN zelf onduidelijk is of ze daar over die zaken gaan. Lees over de speurtocht van Hart naar aanleiding van illegale lozingen door Friesland Campina – de ODBN gaf toen niet thuis.
Taak drie: advies en voorlichting aan bedrijven en burgers over milieuvoorschriften. Taak vier: milieubeheer. De ODBN monitort de kwaliteit van lucht en water en voert maatregelen uit om milieuschade te voorkomen en verminderen.
Afbraaktarieven
Kortom, omgevingsdiensten als de ODBN spelen een belangrijke rol bij het beschermen van het milieu en het waarborgen van een veilige en gezonde leefomgeving voor burgers en toekomstige generaties.
Dat werk kost geld. Een paar jaar geleden kostte het zelfs heel veel geld. De reden, legde directeur Jan Lensen tijdens een tournee langs de gemeenteraden uit: gemeenten willen een hoogwaardige dienstverlening en daar zijn hbo’ers voor nodig en die zijn schaars en dus duur. Hart kon er geen speld tussenkrijgen en schreef badinerend over gemeenten als Boekel: die gemeente eiste een topdienstverlening voor een habbekrats.
Geld teruggeven
Dat was toen. Het afgelopen jaar mocht de ODBN veel nieuwe medewerkers welkom heten en die hadden, aldus het jaarverslag, ‘relatief weinig ervaring’ en werden dus nogal eens ‘ingeschaald in een lagere loonschaal’.
En verder was er sowieso te weinig personeel en waren er dus minder salariskosten dan verwacht. Onder aan de streep houdt onze ODBN ruim negen ton over. Geen woord in het jaarverslag over geld teruggeven. Geen woord over een restitutie.
Terwijl in heel Nederland salarissen en uurtarieven stijgen met percentages met twee cijfers voor de komma, viel het bij de ODBN alleszins mee. Halverwege 2022 werd voor 2023 een gemiddeld uurtarief verwacht van € 104,45 en volgens de jaarrekening van afgelopen jaar was dat afgerond slecht een procent meer: € 105,44.
Dat kunnen maar weinig bedrijven en organisaties de ODBN nazeggen.
Hart gunt de ODBN trouwens best een financiële buffer en hoeft geen geld terug van de dienst, hoe billijk zo’n verzoek ook zou zijn. Wat Hart wel wil is dat de productie per medewerker stijgt. Want, citeert Hart, het jaarverslag, ‘de gemiddelde declarabiliteit ligt met 1.297 uren onder de norm van 1.309 uren per medewerker’.
Er is genoeg te handhaven in Meierijstad, dus hup: aan de slag.