zondag
22 dec
Een jaar nadat ‘Hart voor Schijndel’ alarm sloeg, is de overlast door ratten in de Schijndelse buurt De Beemd-Noord nog niet opgelost. Het is een taak voor bewoners en gemeente.
De overlast door ratten kwam voorbij tijdens een wijkschouw, die afgelopen zaterdag werd gehouden. Gemeenteraadslid Lambèr Gevers van Hart is directeur van het educatief basiscentrum in de wijk en liep in die hoedanigheid mee. Hij hoorde diverse bewoners over de ratten klagen en moet vast even het idee hebben gehad dat hij een déjà vu had.
Hart stelde namelijk vorig jaar mondelinge vragen aan het College van de toenmalige gemeente Schijndel. Aanleiding waren de berichten over een vermeende rattenplaag in De Beemd-Noord. De gemeente liet het toen bij wat tips aan bewoners van de buurt: niet knoeien met etensresten in en rond de tuin, gif strooien en klemmen plaatsen. Hart vindt het terecht dat de gemeente wijst op de verantwoordelijkheid en de mogelijkheden die mensen zelf hebben. Het neemt niet weg dat de gemeente ook een verantwoordelijkheid heeft.
‘Niet wachten’
In dit verband verwijzen we graag naar de website van de Vereniging Nederlandse Gemeenten. ‘Zo snel mogelijk optreden’, schrijft de vereniging aan haar leden, de gemeenten. En verder: ‘Indien vaststaat dat er een algemeen volksgezondheidsbelang / leefbaarheid aan de orde is, en dit is altijd het geval waar het gaat over ratten, zelf proactief optreden en niet wachten totdat een burger [het] meldt. Proactief betekent zelf optreden op eigen verantwoordelijkheid en kosten’.
Als we de lokale media mogen geloven, nemen de klachten inmiddels af. Mocht de overlast weer de kop opsteken, dan wil Hart het College opnieuw met schriftelijke vragen aanzetten tot meer actie. Een concrete tip aan onze bestuurders: voorzie lantaarnpalen van haken, waaraan zakken met plastic afval kunnen worden opgehangen. De kans dat ratten ze kapot knagen wordt daardoor een stuk kleiner. In sommige dorpen van Meierijstad, zoals Veghel, bestaat deze oplossing al. CDA-gemeenteraadslid Betty van de Oetelaar vroeg er begin dit jaar al om.
