Voor de fusie was er niemand die het ook maar durfde te overwegen, maar het College heeft besloten een deel van de Schijndelse kunst te verkopen en weg te geven. Sommige werken gaan naar het gemeentehuis in Veghel.
Ooit was er het plan om het Jan Heestershuis uit te breiden. Dat zou gebeuren met respect voor het pand en met ruimte voor de opgeslagen Schijndelse kunst. Maar na twee jaar schuiven met gemeentelijke gebouwen en functies wil het College de opslag onderbrengen in het voormalige gemeentehuis.
Opslag
‘Hart voor Schijndel’ vindt het een rare keuze – het gemeentehuis staat midden in het dorp en dus mogen we aannemen dat het hier om de meest aantrekkelijke en dus dure meters van Schijndel gaat. Om daar een opslagruimte te realiseren getuigt van weinig commercieel inzicht, dunkt ons. Daar komt bij dat het duur is: al in 2015 stelde Mirjam van Esch als raadscommissielid vragen over zo’n functie. Dat bleek onmogelijk: het gebouw is klimatologisch ongeschikt om kunst op te slaan. Anders gezegd: die opslag vraagt om peperdure aanpassingen aan het gebouw.
In een brief aan de gemeenteraad laat het College weten dat een zogeheten kerncollectie behouden blijft. Een deel van de werken wordt in gemeentelijke gebouwen ten toon gesteld, zoals het gemeentehuis in Veghel. En ja, dat is inderdaad nogal cynisch. Schijndel verzamelde kunst, kan die in het eigen gemeentehuis niet laten zien en dús wordt een deel geëxposeerd in het gemeentehuis van Veghel.
Veilingen
Een deel van de kunst wordt mogelijk weggeven aan lokale maatschappelijke organisaties of aan de makers van weleer. Dat laatste geldt vooral voor werken die tot 1987 werden gemaakt in het kader van de beeldende kunstenaars regeling (BKR). Overigens is dat niet bijzonder, de afgelopen decennia zijn in Nederland al ongeveer 50.000 werken teruggegeven aan de BKR-makers. Verder hoopt het College nog wat te verdienen aan kunstwerken die via veilingen verkocht kunnen worden.
Burgemeester en wethouders bedachten al werkend aan de brief aan de raad nieuwe woorden. Zo stuitten we op ontzamelen en terug-selecteren. Daarbij gaat het onder meer om de collectie van Dorus van Oorschot. Een deel van de werken wil het College graag houden en de rest gaat terug naar de erven van de Schijndelse schilder.
Ongemakkelijk
Het gaat allemaal in goed overleg met die erven, lezen we in de brief – maar een beetje ongemakkelijk voelt het voor Hart allemaal wel. ‘Nog bedankt voor het cadeautje van destijds, maar we hebben geen idee wat we er nog mee aan moeten. Maak iemand anders er maar blij mee.’
En zo moeten we onwillekeurig terugdenken aan die zondag in oktober 2016. In het Jan Heestershuis ging de expositie ‘Uit het gemeentehuis’ van start, door Hart toen op deze site beschreven als de zwanenzang van Schijndel. Voormalig burgemeester Gerard Scholten ging die middag tekeer over, wat hij noemde, het verkwanselen van de Schijndelse kunst en ‘het weggeven van Schijndel’.
Hieronder de brief van het College over de Schijndelse kunst.